In tegenstelling tot de groenblijvende zijn de bladverliezende magnolia�s volkomen winterhard.
Wel kan het gebeuren dat de bloemknoppen bij een late nachtvorst verloren gaan.
De vroeger bloeiende en kleine Magnolia. Stellata (stermagnolia)heeft hier geen last van.
De andere magnolia�s zijn alleen voor de grootste tuinen.
Magnolia�s prefereren humeuze zure grond.
Verplant ze bij voorkeur in het vroege voorjaar.
Tijdens de bloei verplanten is niet erg: alleen door verdamping via het blad kan uitdroging ontstaan.

Een makkelijke plant doet het goed op elke grondsoort.
Deze plant staat het liefst in de zon of halfzon.
De plant kan met een strenge winter iets vorst schade krijgen aan zijn blad. (Dit is te verhelpen door de plant op een beschutte plaats te zetten).

vorm: forse brede struik, 1-1.5m, uitstoelend
standpl: zon, schaduw
bloei: maart-april, lichtgeel in trossen

herkomst soort: kruising tussen Mahonia aquifolium en M. pinnata
opm: goed als vakbeplanting in het openbaar groen

vorm: breed-opgaande boom, tot 5m
blad: ovaal, groen
bloei: april-half mei, witte enkele bloemen
Standplaats: zonlicht, halfschaduw,
vrucht: eetbaar, opvallend groot, 3-4cm oranjegeel. worden ook verwerkt tot jam of moes.

Herkomst: Engeland, 1875
Opm: is matig schurftgevoelig

vorm: breed-opgaande boom, tot 5m
blad: ovaal, groen
bloei: april-half mei, witte enkele bloemen
Standplaats: zonlicht, halfschaduw,
vrucht: eetbaar, opvallend groot, 3-4cm oranjegeel. worden ook verwerkt tot jam of moes.

Herkomst: Engeland, 1875
Opm: is matig schurftgevoelig

Een mooie rode appel,
Het vlees is vastberaden en crunchy, juicy en vooral erg zoet. De huid is zeer geurig met fragmenten van bananen en hazelnoten.
De leivorm heeft een krachtige structuur.

De Gloster is een zeer productieve, donkerrode tot paarsrode bewaarappel met een matige tot vrij goede, friszure smaak. De ondergrond is groengeel. Het is een tamelijk grote, kegelvormige appel, die aan de neus sterk geribd is.

Het ras is in 1951 ontstaan uit een kruising gemaakt door het Obstbauversuchsanstalt in Jork, Duitsland en in de handel gekomen in 1969.

Het is een sterk groeiende boom, die vooral in de beginjaren uitgebogen moet worden. De boom bloeit laat en is enigszins zelfverdraagzaam. De appels moeten in oktober worden geplukt.

De appels kunnen in de koelcel bij 1 tot 2 oC tot half februari bewaard worden. Met gescrubde CA-bewaring kan tot half maart bewaard worden en met ULO-bewaring tot half mei.

[bewerk]
Ziekten
Gloster is vatbaar voor klokhuisschimmel, dat bij ongeveer 10% van de vruchten rot rond het klokhuis veroorzaakt. Ook is het ras gevoelig voor glazigheid. Daarnaast is het tamelijk vatbaar voor vruchtboomkanker (Nectria galligena) en vatbaar voor schurft (Venturia inaequalis).

Bron: www.wikipedia.org

De Bloeitijd is vroeg en de pluktijd is in september.
Kleur van de appel is rood.
Ze zijn geschikt als handappel en als bewaarappel.